De lepelplant of spathiphyllum is een fraaie kamerplant, die populair is omdat hij veel en vaak bloeit. De plant komt van nature voor in tropische regenwouden, maar blijkt het in de huiskamer ook prima te doen. Dat moet je echter wel weten hoe je deze plant moet verzorgen. Hoe zorg je bij spathiphyllums voor een goede groei, waar kun je ze kopen en waar moet je dan op letten? Dat en meer behandelen we in dit artikel in vier punten:
- Inleiding: wat is de spathiphyllum voor plant?
- Verzorging spathiphyllum
- Spathiphyllum kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
- Reacties (6)
1. Inleiding: wat is de spathiphyllum of lepelplant voor plant?
Spathiphyllums zijn veel geziene bloeiende kamerplanten uit de Aronskelkfamilie. De wetenschappelijke naam Spathiphyllum is gekozen om de bloeiwijze. De opvallende, grote en helder gekleurde schutbladeren heten namelijk in botanische kringen ook wel spatha’s. De Nederlandse naam lepelplant heeft ook betrekking op de bloemen: de eivormige, holle schutbladeren op hun lange bloemstelen hebben immers wel wat weg van lepels.
Lepelplanten groeien van nature in de tropische regenwouden van Midden- en Zuid-Amerika. Daar staan ze in de vochtige bosbodem; zie de afbeelding hierboven. In de huiskamer blijken ze het echter ook prima te doen. Het zijn sterke, langlevende kamerplanten die gemakkelijk bloeien.
1.1 Soorten spathiphyllum
Er zijn nogal wat verschillende soorten lepelplanten. De onderlinge verschillen zijn echter betrekkelijk klein en de planten die hier verkrijgbaar zijn, vragen allemaal praktisch dezelfde verzorging.
Spathiphyllum wallisii is de meest verkochte soort lepelplant. Het is ook de sterkste. S. wallisii heeft vrij smalle, lancetvormige bladeren op even lange bladstengels. De bladeren zijn licht- tot donkergroen en hebben duidelijk zichtbare bladnerven. De plant wordt in totaal ongeveer 30 tot 40 centimeter hoog, maar kan veel breder worden. De witte bloemen steken heel decoratief een eindje boven de plant uit.
Naast Spathiphyllum wallisii zie je nog weleens soorten als:
- Spathiphyllum patinii: ten opzichte van S. wallisii een zeer kleine variant met een netvormige tekening op de bloeikolf.
- S. floribundum: iets kleiner, met grote bloemen die ver boven de plant uitsteken.
- S. cochlearispathum: laagblijvend, maar met zeer lange bloemstengels.
- S. montanum: veel grotere, iets bruinig groene bladeren, maar kortere bladstengels.
Er worden daarnaast ook veel kweekvormen in de handel gebracht. Het gaat vaak om hybrides van S. wallisii, hoewel dat lang niet altijd duidelijk wordt vermeld. De planten zijn ook vaak amper van elkaar te onderscheiden; kwekers vinden om de één of andere reden bij lepelplanten de meest minieme, subtiele verschillen al aanleiding om een plant een eigen naam toe te kennen.
Enkele bekende voorbeelden:
- Spathiphyllum ‘Chopin’: blijft tamelijk klein, met spitsere bladeren dan S. wallisii.
- S. ‘Sensation’: een zeer grote soort met brede bladeren.
- S. ‘Clevelandii’: groot, met vrij lichte bladeren en langgerekt ovale schutbladeren.
- S. ‘Cupido’: uiterlijk erg gelijkend op ‘Chopin’, soms met rode bloemen.
- S. ‘Domino’: een van de weinige bonte cultivars, met roomwitte strepen en spikkels op de bladeren.
- S. ‘Alfetta’: groot, spitsere bladeren dan ‘Sensation’.
- S. ‘Strauss’: als ‘Chopin’, maar met spitse, langgerekte schutbladeren.
- S. ‘Verdi’: als ‘Strauss’.
2. Verzorging spathiphyllum of lepelplant
Dit zijn geen heel moeilijke kamerplanten, maar om ze goed te verzorgen zijn er toch een paar punten om op te letten. Deze worden hieronder besproken.
2.1 Water geven
Spathiphyllums hebben vrij veel water nodig. Geef in de zomer wekelijks of zelfs twee keer per week, en in de winter eens per twee weken. De grond moet altijd licht vochtig blijven, maar liefst niet drijfnat.
Hangende bladeren zijn een snel en eenvoudig teken dat de plant te droog staat. Als je daar goed op let, kun je deze plant eigenlijk nooit zodanig veel te weinig water geven dat hij gele of bruine bladeren ontwikkelt.
2.2 Temperatuureisen
De van oorsprong tropische spathiphyllums hebben het liefste vrij veel warmte. Voor Spathiphyllum wallisii en de diverse cultivars geldt dat de minimumtemperaturen niet onder de 10 en liefst niet onder de 15 graden mogen komen. Voor overige soorten, zoals S. patinii, kun je het beste een minimumtemperatuur van 18 graden aanhouden.
2.3 Standplaats
De lepelplant doet het prima in zon en schaduw, maar hij groeit het beste in geen van beide. Te veel licht, en dan vooral direct zonlicht, zorgt namelijk voor verbrande bladeren. Dat kun je eenvoudig herkennen doordat de bladeren eerst naar achteren krullen en later geel worden.
Te weinig licht remt echter weer de bloemvorming. Een spathiphyllum groeit zonder enig bezwaar in de schaduw en ziet er dan bovendien prachtig uit, maar om de plant in bloei te krijgen is een lichte plaats vereist. Het beste is een raam op het noorden, of vlakbij een ander raam zonder dat eventueel zonlicht direct op de plant valt.
Verder willen deze kamerplanten het liefste een vrij hoge luchtvochtigheid. Zet de lepelplant dus niet op de vensterbank boven de verwarming.
2.4 Voeding
Er is weinig voeding voor nodig om een spathiphyllum goed te doen groeien. Geef tijdens de bloei wekelijks vloeibare plantvoeding, het beste dubbel zoveel verdund als op de verpakking wordt aangegeven. De rest van het jaar is bijvoeden eigenlijk niet nodig. Te veel voeding zorgt voor bruine punten aan de bladeren.
2.5 Verpotten
Lepelplanten hoef je eigenlijk maar zelden te verpotten. Kies een moment dat de plant net begint uit te lopen, typisch in het vroege voorjaar, en verpot in standaardpotgrond of een extra doorlatende maar voedselrijke aarde. Kies de potten niet te groot. Zo heb je minder kans op stagnerend water. Bovendien zijn spathiphyllums typische bodembedekkers, die als ze de kans krijgen een zeer brede kluwen van bladeren vormen. Dat wordt in de huiskamer al snel wat potsierlijk.
2.6 Snoeien
Het enige onderhoud dat je aan een spathiphyllum hoeft te plegen is het wegknippen van verdorde bloemen. Ook eventuele bruine bladeren kun je snoeien.
Om de plant minder groot te maken moet je deze verjongen. Dat kan via wortelsnoei, door de kluit te delen. Zie het stukje hieronder.
2.7 Vermeerderen
Een lepelplant laat zich eenvoudig vermeerderen uit zaad. Nog eenvoudiger is vegetatieve vermeerdering, door de kluit te delen. Gebruik een groot, scherp mes of een schop, of scheur de wortelkluit gewoon met de hand in stukken.
Pot elk stuk apart op in een kleinere pot. Dit is ook een ideale manier om een lelijk uitgegroeide of te grote plant te verjongen.
2.8 Bloeiwijze
Bij een goede verzorging bloeien spathiphyllums veel en uitbundig: twee keer per jaar enkele maanden. Bij sommige soorten lijkt het zelfs wel alsof ze volcontinu in bloei staan.
Dit kun je zelf in de hand houden door alle bovenstaande verzorgingstips op te volgen. Voldoende licht is de belangrijkste factor. Er zijn in de huiskamer geen goede methoden om bloei echt af te dwingen zonder dat de plant er zichtbaar onder te lijden heeft.
Groene bloemen worden veroorzaakt door lichtgebrek. Hoewel ze heel decoratief kunnen zijn, is het toch aan te raden een lichtere standplaats te overwegen.
Tip: de bloemen zijn ook uitstekend geschikt als snijbloemen. Als je plant uitbundig in bloei staat is het aan te raden dat eens te proberen. Knip een bloem dan mooi dicht bij de grond af, zodat de lange bloemstengel optimaal naar voren komt, en zet de bloem in een simpel vaasje op een lichte plek. Met een beetje geluk kan de bloem wel een paar weken lang mooi blijven.
2.9 Ziektes en plagen
Als de luchtvochtigheid te laag is krijgen lepelplanten zo nu en dan spint. Sproei dit af onder de douche of zet de plant in een mals zomers regenbuitje.
Als de spint terugkeert kun je de standplaats aanpassen, maar er is ook een simpele manier om de luchtvochtigheid zeer lokaal op te krikken. Zet een brede waterschaal neer en doe daar een laagje water in. Zet daar dan omgekeerd een kleinere waterschaal in. Daarop kun je vervolgens de spathiphyllum zetten, met waterschaal en al. Zo staan de wortels niet steeds in een laagje water maar heb je toch plaatselijk een hogere luchtvochtigheid.
3. Spathiphyllum of lepelplant kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
Deze planten kun je in vele winkels kopen. Ook online worden ze veel aangeboden. Kies alleen planten die frisgroene, stevige bladeren hebben. Ook moeten de bladeren mooi rechtop staan.
Ze zijn ook vaak voor zeer lage prijzen bij supermarkten en dergelijke zaken te kopen. Neem geen spathiphyllums die bij buitentemperaturen onder de 10 graden buiten staan opgesteld. Verpot dergelijke lepelplanten het liefste direct bij thuiskomst, anders hebben ze de houdbaarheid van een gemiddeld boeket snijbloemen.
Neem ook eventuele huisgenoten mee in je overweging om een spathiphyllum te kopen. Deze kamerplanten zijn namelijk in alle delen giftig voor huisdieren als honden en katten. Ook voor mensen zijn ze giftig, maar pas bij tamelijk grote hoeveelheden. En het is gelukkig niet heel waarschijnlijk dat iemand dergelijke hoeveelheden zal consumeren, dankzij de aanwezigheid van voor de mond, lippen en tong sterk irriterende stoffen in alle delen van de plant.
Op dit artikel rust auteursrecht. Zonder onze toestemming is overnemen verboden.