Philondendrons zijn grote kamerplanten. Ze zijn vooral populair vanwege hun opvallende en vaak bijzonder gevormde bladeren. Hoewel ze van nature uitsluitend in tropische gebieden groeien, blijken ze het verrassend goed te doen in de woonkamer: veel philodendrons zijn sterke, vrij gemakkelijke kamerplanten. Hoe zorg je bij philodendrons voor een goede groei, welke soorten zijn er allemaal en waar kun je deze planten kopen? Dat en meer bespreken we in dit artikel in vier punten:
- Inleiding: wat is de philodendron voor plant?
- Verzorging philodendron
- Philodendron kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
- Reacties (83)
1. Inleiding: wat is de philodendron voor plant?
Philodendron is een groot plantengeslacht uit de aronskelkfamilie. Ze worden dikwijls als kamerplant gehouden, vooral vanwege hun enorm grote, decoratieve bladeren. De meeste soorten komen van nature voor in tropische regio’s. De naam komt uit het Grieks en betekent zoveel als ‘boomknuffelaar’ (vrij vertaald). Dat heeft betrekking op de groeiwijze: veel philodendrons zijn klimplanten of gebruiken bomen om tegen te steunen. Zie ook de afbeelding hierboven. Daarnaast groeien de meeste philodendrons ook als epifyt op andere planten en bomen; bijzonder boomknuffelachtig!
1.1 Verschillende soorten Philodendron
Er zijn vele honderden soorten Philodendron bekend, en daarvan zijn er zeker tien in Nederland verkrijgbaar. Bovendien zijn er nog talloze cultivars in de handel, dus er valt behoorlijk veel te kiezen. We bespreken hieronder de belangrijkste soorten. Daarbij besteden we ook aandacht aan de cultivars, indien die er zijn.
1.2 Philodendron bipinnatifidum (P. selloum)
Philodendron bipinnatifidum (vaak aangeboden onder een andere naam: Philodendron selloum) wordt vaak verkocht als een vrij lage plant, maar kan uiteindelijk uitgroeien tot een tien meter hoog boompje met een vrij dikke, verhoute stam. De enorme bladeren zijn diep ingesneden en kunnen meer dan een meter lang worden, met een even lange bladsteel. De stam heeft opvallende patronen, die worden gevormd doordat de bladstelen grote littekens achterlaten wanneer ze afvallen. Zie ook de beide foto’s hierboven en hieronder.
P. bipinnatifidum heeft ook nog enkele cultivars. Er wordt er eigenlijk maar één met regelmaat aangeboden: Philodendron ‘Atom’. Dit is een compact groeiende dwergversie, met meer rond ingesneden of zelfs golvende bladeren. De bladeren worden niet meer dan 30 tot 40 centimeter lang.
1.3 Philodendron domesticum
P. domesticum is een klimmende soort met langwerpige, niet ingesneden bladeren. Qua formaat is P. domesticum meer geschikt voor de huiskamer dan sommige andere soorten: de bladeren worden maximaal een halve meter lang en hebben vaak vrij korte bladstelen. Er is een variant met groene en een variant met donkerrode bladeren.
Ook is er nog een kweekvorm: Philodendron ‘Lemon Lime’. Dit is een wat compactere vorm die meestal uit de plantbasis meerdere stengels ontwikkelt. De naam komt van de bladkleur: lichtgeel tot geelgroen.
1.4 Philodendron hastatum
Als P. domesticum, maar met nog wat smallere, meer pijlvormige bladeren. Zie ook de afbeelding hierboven.
1.5 Philodendron erubescens
Deze klimmende soort wordt vaak aangeboden met een mosstok of iets dergelijks, waar de plant tegenaan groeit. Zonder ondersteuning groeit P. erubescens als bodembedekker. Hij heeft tot 40 centimeter lange, pijlvormige bladeren met lange bladstelen. De vrij dunne takken worden maximaal enkele meters lang. Zie ook de afbeelding hierboven.
Van deze soort bestaan talrijke kweekvormen. Enkele die vaak te koop zijn:
- Philodendron ‘Red Emerald’: groene tot roodachtige bladeren met helderrode bladstelen.
- Philodendron ‘Red Beauty’: als ‘Red Emerald’, maar met roze tot dieprode bladeren.
1.6 Philodendron monstera, Philodendron pertusum en P. pertusem
Dit zijn onjuiste namen voor de gatenplant (Monstera deliciosa), die vooral in de handel behoorlijk vaak wordt gebruikt. Overigens zijn de groeiwijze en verzorging vergelijkbaar, hoewel de gatenplant helemaal geen Philodendron is.
1.7 Philodendron scandens
Deze soort is als P. erubescens, maar met iets kleinere, meer hartvormige bladeren.
Er zijn meerdere kweekvormen, maar slechts één die met regelmaat wordt aangeboden: Philodendron scandens ‘Brasil’. Deze plant is als de soort, maar dan met bonte bladeren. Het patroon is gewoonlijk een gele streep of vlek op het midden van verder lichtgroene bladeren.
1.8 Philodendron xanadu
P. xanadu is als P. bipinnatifidum, maar zonder een significante stam te vormen. Uiteindelijk groeit deze soort uit tot bolvormige struikjes van maximaal anderhalve meter hoog. Bij P. xanadu is het verschil tussen jonge en oudere planten heel uitgesproken: de jonge plant begint met langwerpige eikenbladachtige bladeren, die bij een volwassen plant breder worden zeer diep ingesneden zijn, tot aan de middennerf aan toe. Zie ook de afbeelding aan het begin van dit artikel, met een exemplaar dat eigenlijk net halverwege de overgang naar de volwassen groeiwijze zit.
1.9 Philodendron xantal
Als P. xanadu, maar groter en met meer een neiging tot stamvorming.
1.10 Hybride soorten
Er zijn behoorlijk veel philodendrons in de handel die ontstaan zijn uit kruisingen, maar waarbij het niet duidelijk is uit welke planten ze dan precies gekruist zijn. Enkele algemene hybrides:
- Philodendron ‘Imperial Green’: een grote, relatief compact en snel groeiende soort die korte, rechtopgaande stammetjes vormt. De langwerpige tot ovaalronde groene bladeren kunnen een halve meter lang of meer worden. De bladeren groeien vaak zo dicht opeen aan de zelden vertakte stammetjes dat de planten een opeenstapeling van bladrozetten lijken te zijn.
- Philodendron ‘Imperial Red’: met grote, ovaalronde bladeren die eerst helder roodachtig aangelopen zijn, en later meer donkerrood tot bruin verkleuren. Groeit wat langzamer dan ‘Imperial Green’.
- Philodendron ‘Congo’: als ‘Imperial Green’, maar dan vaak nog groter, met rondere bladeren op wat langere bladstelen; gewoonlijk met meer opvallende nerven. Het belangrijkste verschil is echter dat ‘Congo’ meer en sneller vertakt.
- Philodendron ‘Congo Red’: als ‘Congo’, maar met helder- tot zeer dieprode bladeren.
- Philodendron ‘Congo Green’: idem, met lichtgroene bladeren.
2. Verzorging philodendron
Hoewel er in uiterlijke zin grote variatie bestaat tussen de verschillende soorten philodendrons, is de verzorging in grote lijnen hetzelfde. (Wel kan het soms nuttig zijn om een onderscheid te maken tussen klimmende en niet-klimmende soorten, zoals we hieronder ook doen waar dit van toepassing is.)
Het zijn over het algemeen vrij sterke kamerplanten die weinig ziektes krijgen. Hun tropische afkomst is in de meeste huiskamers geen groot probleem, omdat de dikke, stevige bladeren geen tropische condities vereisen.
2.1 Water geven
De grote bladeren van philodendrons zijn vaak betrekkelijk dik en leerachtig, waardoor ze vrij weinig verdampen. Daarom hebben philodendrons verrassend weinig water nodig. Bovendien stellen ze het niet op prijs om langere tijd in natte aarde te staan. Het beste houd je ze gelijkmatig licht vochtig, zonder de aarde geheel te laten uitdrogen. Eens per week water geven in de zomer en half zo vaak in de winter volstaat doorgaans, hoewel grote planten, en planten die goed in het licht staan, waarschijnlijk meerdere malen per week bewaterd moeten worden.
Philodendrons laten het duidelijk merken indien je fouten maakt bij het water geven. Meerdere bruin wordende bladeren duiden op te weinig water (een enkele valt natuurlijk wel eens af vanwege ouderdom), terwijl gele bladeren worden veroorzaakt door te veel water.
2.2 Temperatuureisen
Hoewel sommige soorten philodendrons (vooral hybrides) korte tijd temperaturen tot nabij het vriespunt verdragen, vragen ze een veel hogere temperatuur om mooi te blijven. Bij veel soorten is het beter om ze niet bloot te stellen aan temperaturen onder de 15 graden. Dat betekent dus het gehele jaar door een standplaats in een verwarmde kamer. Voor de maximumtemperatuur gelden geen bijzondere eisen; wel is het zo dat planten in droge lucht bij hogere temperaturen (25 tot 30 graden) zo veel water verdampen dat ze lastig in optima forma te houden zijn.
2.3 Standplaats
Veel licht is belangrijk om philodendrons goed te laten groeien. Vooral bij klimmende soorten is het van belang dat ze niet te donker staan. De plant gaat dan namelijk proberen om zo snel mogelijk naar het licht toe te groeien, hetgeen tot uiting wordt gebracht doordat de bladeren kleiner worden en er de afstand tussen de bladeren groter wordt (met andere woorden: langere stukken stengel tussen de bladeren). Zo komt de plant er uitgerekt en spichtig uit te zien.
Hoewel ze van nature in de donkere onderbegroeiing van het tropisch regenwoud staan, is het om deze reden beter om ze in Nederland zoveel mogelijk licht te geven, mits je direct zonlicht in de middag vermijdt. Bij te fel licht krijgen de bladeren lelijke brandvlekken. Bonte vormen hebben meer licht nodig dan soorten met geheel groen blad.
Philodendrons verdragen droge lucht, maar groeien het beste in een hoge luchtvochtigheid. Dat is het belangrijkste bij klimmende soorten. Vermijd een plaats naast de radiator en benevel het liefste met regelmaat. Bij sommige soorten ontstaan erg snel kalkvlekken als je hard water gebruikt voor het sproeien, dus dat kun je beter niet doen.
2.4 Voeding
Hoewel sommige philodendronsoorten zeer snel kunnen groeien, hebben ze daarvoor weinig voeding nodig. Belangrijker is dat ze relatief gevoelig zijn voor zouten in de aarde; vanwege hun epifytische groeiwijze staan de wortels in de natuur vaak ook in zeer arme grond. Geef daarom slechts eens per maand, of elke twee maanden voor trage groeiers. Dubbel verdunde universele plantvoeding is het beste.
2.5 Verpotten
Deze kamerplanten ontwikkelen veel wortels, maar ze hebben die het liefste tamelijk op elkaar gepakt in een niet te grote pot. Dat heeft als extra voordeel dat je ze zo eigenlijk vanzelf minder snel in te lang nat blijvende aarde hebt staan. Verpot ze het liefste elke twee jaar in een niet veel grotere pot. Je kunt er ook voor kiezen om de potmaat hetzelfde te laten: dan gaat de groei er namelijk uit bij planten die groot genoeg zijn.
Gebruik een goed doorlatend mengsel, zoals standaard potgrond met enkele stukken veenmos (sphagnum) er doorheen gemengd. Een speciaal mengsel voor tropische planten, zoals anthuriumgrond, is ook geschikt. Verpotten doe je het beste in het voorjaar.
2.6 Snoeien
Bij klimmende soorten kun je het beste elk jaar de nieuwe uitlopers toppen, zodat de plant een bossiger groei krijgt. Te lange uitlopers kun je zonder pardon wegsnoeien. De meeste philodendrons vertonen een enorme groeikracht; zie ook de afbeelding hierboven.
Bij rechtopgaande soorten is snoeien meestal wat lastiger. Het is geen enkel probleem om oude bladeren weg te snoeien, maar de stam aanpakken is meer werk. Het is daarbij mogelijk dat de gehele plant komt te overlijden. Een soort als P. bipinnatifidum zal namelijk bij snoeien niet vertakken, maar ontwikkelt nieuwe uitgroei vanuit de wortels.
Snoei daarom bij voorkeur in de lente, en snoei de stam af tot vlak bij de grond; deze zal gewoonlijk toch komen te overlijden. Indien mogelijk laat je nog enkele bladeren zitten. Het kan verstandig zijn om de afgesnoeide delen te stekken, hoewel dat eveneens lastig is (zie het kopje Vermeerderen hieronder).
Let op: alle delen van philodendrons zijn giftig, inclusief het sap. Bij groot snoeiwerk kun je dus het beste handschoenen dragen.
2.7 Vermeerderen
Tal van philodendronsoorten zijn goed op te kweken uit zaad, maar het kan daarbij soms wel erg lang duren voordat de plant een leuke omvang bereikt.
Stekken is bij veel soorten een betere optie. Vooral de klimmende soorten laten zich erg gemakkelijk stekken; een niet verhout of half verhout stengelstukje met minstens twee knopen is vaak al levensvatbaar. Nog gemakkelijker is om de plant terug te leiden, zodat een stukje stengel op de aarde ligt; dat schiet dan na verloop van tijd vanzelf wortel, waarna je het kunt afsnoeien van de moederplant. Tip: ook in water schieten ze gemakkelijk wortel. Pot ze op als er een flink aantal wortels zijn gevormd. Het duurt zo gewoonlijk wat langer voordat je een flinke plant hebt, maar het is tegelijkertijd een stuk aardiger om te zien.
Bij niet-klimmende soorten is stekken meer een hobbyproject, want het is vaak erg lastig. Neem een stengeluiteinde van ongeveer 20 centimeter, verwijder alle bladeren behalve de twee of drie bovenste en doop de stek in stekpoeder. Zet de stek in licht vochtige, goed doorlatende aarde, liefst met onderwarmte (25 graden). Houd de stek uit de zon maar wel op een lichte plaats bij minimaal 20 graden, liefst warmer. Het beste kun je de luchtvochtigheid zeer hoog houden, maar omdat de stek vaak groot is zal dat moeten door sproeien; de meeste plastic zakjes passen er immers niet overheen. Het kan enkele maanden duren voordat de stek goed bewortelt.
Soms produceren philodendrons vanzelf worteluitlopers. Deze kun je zelfstandig oppotten, maar dat kun je het beste uitstellen, omdat ze het meeste kans maken als ze zelf al een wortelstelsel hebben gevormd. Je kunt de planten dan delen, of de nieuwe uitloper voorzichtig uit de pot halen.
2.8 Bloeiwijze
Philodendrons kunnen bloeien met typische aronskelkachtige bloemen, zoals op de afbeelding hierboven. Dat gebeurt in de huiskamer echter (zeer) zelden. Het kan dan bovendien nog zo zijn dat je de bloemen moet afknippen, want veel soorten verspreiden een onaangename geur. De bloemen kunnen echter toch niet bevrucht worden hier, dus dat is meestal niet heel erg.
2.9 Ziektes, plagen en andere problemen
Deze planten zijn over het algemeen vrij van ziektes en plagen. Zo nu en dan zie je insecten als wolluis en spint, maar de planten hebben daar gewoonlijk weinig last van. Het beste kun je het evengoed wel aanpakken, met een biologisch bestrijdingsmiddel volgens de aanwijzingen op de verpakking.
3. Philodendron kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
Deze kamerplanten worden op veel plaatsen aangeboden. Het is gewoonlijk duidelijk te herkennen of de plant gezond is of niet. Het beste kun je planten die buiten staan opgesteld bij lage temperaturen (onder de 10 graden Celsius) laten staan, want bij thuiskomst krijgen ze vaak een lelijke schok waardoor de fraaie nieuwe aankoop er meteen een stuk minder aantrekkelijk uitziet.
Verder is het van belang even goed te kijken welke soort je precies koopt. Sommige philodendrons worden na verloop van tijd veel te groot voor de huiskamer. Daarnaast is het even opletten indien je een jonge, kleine plant koopt: de bladeren van een juveniele plant zien er soms namelijk heel anders uit dan die van een volwassen exemplaar. Zo ontwikkelt Philodendron xanadu de typerende zeer diep ingesneden bladeren pas op latere leeftijd.
Let op: de meeste philodendrons hebben (zeer) giftig sap in al hun delen. Dat is giftig voor mensen, maar ook voor huisdieren zoals honden en katten. Draag daarom altijd handschoenen bij handelingen zoals snoeien. Het is ook bekend dat de bladeren van verscheidene soorten katten aantrekken, dus zet deze planten buiten hun bereik.
Op dit artikel rust auteursrecht. Zonder onze toestemming is overnemen verboden.