De aspidistra (volledige naam: Aspidistra elatior) is een zeer sterke kamerplant, die juist in donkere hoekjes uitstekend groeit. In dit artikel bespreken we de aspidistra uitgebreid. Dat doen we in vier punten:
- Inleiding: wat is de aspidistra voor plant?
- Verzorging Aspidistra elatior
- Aspidistra kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
- Reacties
1. Inleiding: wat is de aspidistra voor plant?
De aspidistra is een uitgesproken bladplant, zonder stam of opvallende bloemen. Deze kamerplant groeit van nature in bergachtige streken in Taiwan en Japan. De plant is daar een bodembedekker op de donkere bosbodem. Ze kunnen een hoogte van 50 tot 70 centimeter bereiken.
Aspidistra’s hebben lang en vrij smal blad, dat in kokervormige rozetten uit de grond komt. De stevige, haast leerachtige bladeren zijn taai en verdampen zeer weinig. Het blad wordt zelfs wel eens voor bloemschikken gebruikt, omdat het wekenlang groen en mooi kan blijven. Vaak hangt het blad aan de bovenkant enigszins door naar beneden. De bloeiwijze is onopvallend (zie ook hieronder). Onder de grond zitten dikke wortelstokken, die vol water zitten. Hierdoor kun je deze kamerplant wekenlang vergeten water te geven zonder nadelige gevolgen.
De naam van de aspidistra komt van de wetenschappelijke naam, voluit Aspidistra elatior. Er zijn wel enkele Nederlandse namen voor deze kamerplant, maar die worden eigenlijk zelden gebruikt. De bekendste Nederlandse naam is slagersplant, omdat de plant op echt iedere plaats kan worden geteeld (en vermoedelijk op enig moment ook opvallend vaak bij slagers). Andere benamingen zijn kloosterplant, blarenplant en kwartjesplant.
De Engelsen hebben voor deze plant een nog toepasselijker benaming: cast iron plant, vrij vertaald gietijzeren plant. Ze zijn immers niet stuk te krijgen. Ook wordt-ie daar wel caféplant genoemd, omdat een aspidistra zelfs in rokerige en bedompte plaatsen nog goed groeit.
Overigens is deze plant al zeer lang in cultuur. Wellicht was het reeds in de zestiende eeuw een kamerplant. Dat betekent dus dat de aspidistra met één van de vroege handelsreizen vanuit Europa naar Japan mee terug moet zijn gekomen.
In de negentiende eeuw was de plant in Engeland zelfs zo populair dat de beroemde auteur George Orwell hem in de titel van een roman opnam: Keep the Aspidistra Flying (gek genoeg vertaald als Houd de sanseferia hoog). Daarin was de nederige aspidistra het symbool van de burgermaatschappij, waar dat boek een stevige kritiek op was. Ook zijn er begin twintigste eeuw meerdere (spot)liedjes en voorstellingen over aspidistra’s gemaakt. Dat deze plant zo populair was in het Engeland van de negentiende eeuw kwam overigens door het ijzersterke gestel van de aspidistra: de woonkamers van toen waren typisch zeer donker, tochtig en rokerig (van het gebruik van olie- en gaslampen), waardoor de meeste andere kamerplanten geen schijn van kans hadden.
1.1 Soorten
Er zijn meerdere kweekvormen van deze plant te koop (zie ook hieronder). De meest algemene zijn:
- Aspidistra elatior (de soort zelf). Stevige, effen donkergroene bladeren.
- Aspidistra elatior ‘Milky Way’. Gebroken witte of roomkleurige spikkeltjes of vlekjes op groene bladeren (zie de afbeelding hieronder)
- Aspidistra elatior ‘Variegata’. Witte of gele strepen in de lengterichting op licht- of donkergroen blad.
- Aspidistra elatior ‘Minor’. Een dwergvorm, waarbij de bladeren maximaal een centimeter of 20 tot 25 hoog worden. Beschikbaar met groen, gestippeld of gestreept blad.
De bonte cultivars zijn minder sterk dan de soort zelf. Ze hebben een iets grotere licht- en warmtebehoefte en moeten zeer weinig voedsel krijgen. In andere omstandigheden zullen ze prima overleven, maar dan veranderen ze geleidelijk terug in de egaal groene soort.
2. Verzorging Aspidistra elatior
De langzaam groeiende aspidistra is zeer goed bestand tegen slechte verzorging, en gedijt onder de meest uiteenlopende omstandigheden. Het is echter wel zo dat deze planten bij een goede verzorging veel mooier zijn dan wanneer ze worden verwaarloosd. Je doet er dus verstandig aan om de onderstaande verzorgingstips toch gewoon zo veel mogelijk na te volgen. Evengoed kun je gerust een paar weken met vakantie zonder dat het de aspidistra aan te zien is.
2.1 Water geven
Aspidistra’s hebben weinig water nodig. De dikke bladeren verdampen weinig vocht, en bovendien zorgen de dikke wortelstokken altijd voor een stevige voorraad. Geef wekelijks een beetje zodat de grond licht vochtig blijft, maar als je de grond zo nu en dan volledig laat uitdrogen verdraagt deze kamerplant dat ook prima. Geef ’s winters of in koelere periodes nog wat minder water.
Eén van de meest betrouwbare manieren om een aspidistra stuk te krijgen is door te veel water te geven. Als de wortelstokken langere tijd nat blijven gaat ze rotten, waardoor ze uiteindelijk zullen afsterven. Voorkom dit door nooit erg veel water in één keer te geven.
Gele bladeren zijn vaak een duidelijk teken van overbewatering. Als de bladeren afsterven aan de grond zonder eerst geel te worden komt dat door rottende wortelstokken. Onderneem dan direct actie: haal de plant uit de pot, verwijder aangetaste delen en verpot de gezonde stukken in droge, goed doorlatende aarde.
2.2 Temperatuureisen
Deze kamerplant overleeft bij temperaturen van tegen het vriespunt, maar het liefste heeft-ie het behaaglijk warm: 18 tot 25 graden Celsius. ’s Winters kun je ze in een koele kamer een rustperiode gunnen, waarbij je dan ook amper moet gieten. Dat is echter niet nodig.
2.3 Standplaats
De enige plaats waar je aspidistra’s niet moet zetten is in de volle zon in de zomer. Te fel licht kan de bladeren namelijk beschadigen, met lelijke brandplekken tot gevolg.
Verder maakt het eigenlijk weinig uit. Een lichte plaats in de schaduw (dus zonder direct zonlicht) is het beste, maar een raam op het oosten, noorden of westen is ook prima. Let op dat bonte soorten iets meer licht nodig hebben; als je ziet dat de stippen of strepen minder fel af gaan steken tegen het bladgroen moet je de plant meer in het licht zetten.
Tocht is geen enkel bezwaar voor de aspidistra, en deze plant is vrij uniek onder kamerplanten door de eigenschap dat zelfs herhaald stoten van mensen tegen de bladeren geen bruine punten of plekken oplevert. Zet ‘m dus gerust op een plaats waar er vaak mensen langs lopen. Ook droge lucht is geen probleem, hoewel het bij een plek naast een hete radiator toch enigszins moeilijk zal zijn om de bladeren op hun mooist te houden.
2.4 Voeding
Deze kamerplant groeit betrekkelijk langzaam. Veel voeding is dus niet nodig. Als je ‘m net verpot hebt, of indien de plant goed groeit, kun je in de zomer eens per twee of drie weken vloeibare plantvoeding voor bladplanten geven. Zorg wel voor voldoende verdunning, want doordat de plant weinig water nodig heeft kan de concentratie in de aarde vrij hoog oplopen. Bonte soorten hebben minder voeding nodig.
2.5 Verpotten
De wortels van Aspidistra elatior worden het liefste zoveel mogelijk met rust gelaten. Te veel aandacht is in dit aspect dus schadelijk! Verpot de plant daarom maximaal eens per drie tot vijf jaar, liefst in de lente. Gewone potaarde is eigenlijk het beste, of anders een mix die niet al te lang vochtig blijft na bewatering.
Indien je de plant in een grotere pot zet zal hij uiteindelijk de hele breedte vullen. Als de plant je groot genoeg is kun je er ook voor kiezen hem een beetje te verjongen. Scheur de pol in twee of meer stukken, bijvoorbeeld met een groot mes of een schop, en herplant de mooiste stukken in de oude pot.
2.6 Snoeien
Je kunt lelijke bladeren dicht bij de grond wegknippen, maar verder is snoeien niet zo’n optie. Als je de plant kleiner wilt maken moet je dat doen door wortelsnoei. Zie daarvoor de paragraaf hierboven.
2.7 Vermeerderen
Vermeerderen gaat zeer eenvoudig door de pol te delen; zie het kopje Verpotten hierboven. Het is wellicht mogelijk om een bladstek te nemen, maar als je toch al een plant hebt kun je veel beter de wortels delen. Kies altijd een stuk met minstens twee of drie bladeren.
Verder schijnt deze plant vrij gemakkelijk te zaaien te zijn, maar zaden zijn voor zover wij weten eigenlijk niet te koop.
2.8 Bloeiwijze
De aspidistra kan bloeien, hoewel dat niet erg regelmatig gebeurt, en zal dat bij goede omstandigheden ook doen in de huiskamer. Helaas zijn de bloemen eigenlijk niet noemenswaardig. Althans, ze spelen zich niet echt in de kijer. De bloemen zijn namelijk zijn vrij klein, komen direct uit de grond (waar ze vervolgens min of meer op blijven liggen) en zijn donker paarsachtig van kleur. Ze geuren daarnaast niet of nauwelijks. Aspidistra’s bloeien dan ook regelmatig zonder dat dit wordt opgemerkt.
Evengoed een tip: mocht het je opvallen als je aspidistra bloeit, neem dan eens van dichtbij een kijkje. De kleine bloemen zijn namelijk zeer merkwaardig gevormd. Er is nog maar weinig over bekend. Lange tijd werd vermoed dat de bloemen worden bevrucht door slakken (!), maar dat is niet zo; kleine bodemdiertjes (onder andere vlokreeftjes) blijken daar verantwoordelijk voor te zijn.
2.9 Ziektes en plagen
Soms krijgt een aspidistra last van schildluis. Gebruik hiervoor een – liefst biologisch – bestrijdingsmiddel volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Verder heeft de plant soms last van spint. Simpelweg goed afspoelen is meestal afdoende.
2.10 Overige tips bij de verzorging
- De bladeren hebben de neiging om op een vrij opvallende wijze stof te verzamelen. Zo gaat de mooie glans er snel af. Hoewel dat niet schadelijk is voor de plant, ziet hij er wel het fraaiste uit als je ‘m elke paar maanden even afspoelt (op zo’n manier dat de aarde niet te nat wordt) of de bladeren afneemt met een vochtige doek.
- Bruine bladpunten kun je desgewenst wegknippen; daar heeft de plant geen last van.
3. Aspidistra kopen: waar moet je op letten en waar kan het?
Aspidistra’s zijn tamelijk goed verkrijgbaar. Ook online worden ze regelmatig aangeboden. Ze zijn goed betaalbaar. Meestal worden planten van een al tamelijk grote omvang verkocht.
Eigenlijk zijn er geen speciale aandachtspunten als je er eentje gaat kopen; meestal kunnen ze zich probleemloos aanpassen aan de veranderde leefomgeving. Let wel op dat bonte soorten het beste niet op een erg donkere plaats terechtkomen, omdat ze anders weer geheel groen blad gaan aanmaken. Jonge kinderen en huisdieren hoeven geen belemmering te vormen om een aspidistra te kopen. Aspidistra’s zijn voor zover ons bekend is niet giftig. De bladeren worden zelfs in de Japanse keuken gebruikt om voedsel in op te dienen (hoewel ze daarbij niet worden gegeten). Ook bevatten aspidistra’s geen scherpe stekels of andere plantdelen die onder normale omstandigheden tot verwondingen zouden kunnen leiden.
Op dit artikel rust auteursrecht. Zonder onze toestemming is overnemen verboden.